Zwemfeestje - Een Monoloog voor Twee

Gepubliceerd op 26 juli 2025 om 20:48

Zwemfeestje werd voor het eerst opgevoerd tijdens het Kunstweekend van Kasteeltuinen Arcen op 26 juli 2025, een goede vijf weken na mijn mastectomie - een enorme stap in mijn transitie. Een jaar eerder trad ik op deze plek op met ONDERGRONDS, over het accepteren van mijn identiteit als Limburger. Een jaar later probeerde ik hetzelfde, nu voor mijn identiteit als transgender man. 


[Met een uitnodiging voor een verjaardag.]

Hoi! Op 1 november vier ik mijn eerste vernaamdag en jij bent uitgenodigd! Je bent vanaf 11 uur welkom bij mij thuis. Laat je me weten of je komt? 

Groetjes, Nijs!

PS Ik zeg nog niet wat we gaan doen, maar neem je zwemspullen mee! 

 

[De uitnodiging gaat in de envelop voor 2007. Twijfel.]

Ik weet eigenlijk helemaal niet of ik wel kan zwemmen… Nog kan zwemmen, denk ik. Ik heb al mijn zwemdiploma’s netjes gehaald. Of… jij hebt ze gehaald, niet ik, maar dat is ongeveer hetzelfde. Zal ongeveer hetzelfde zijn. 

Ik hoop dat je het niet erg vind, als ik het verleerd ben. Ik heb al jaren niet meer gezwommen. Het is niets persoonlijks. Of misschien wel. Misschien is het juist persoonlijk. Heel erg zelfs.

 

Waarom nodig ik je eigenlijk uit? Jarenlang probeerde ik je te vergeten en jij weet waarschijnlijk niet eens wie ik ben. Nog niet, tenminste, dat duurt nog even. En ik zou het je kunnen uitleggen, maar ik denk niet dat je het écht zou begrijpen. Ik denk niet dat je het zou willen begrijpen. Niet als dit jouw toekomst is.

 

Maar ik kan het proberen. En het spijt me… Niet alles is meer even helder. In die achttien jaar tussen ons heb ik geprobeerd te vluchten voor zó veel. Misschien nog wel het meest voor jou… en voor mij. Voor het idee dat we sterfelijk zijn, niet één keer, maar oneindig vaak, en dat we onszelf altijd zullen blijven begraven.

We kunnen het niet helpen. Keer op keer op keer begraven we wie we waren en graven we wie we zijn uit, om vervolgens weer in een ondiep graf te raken door wie we worden. Een oneindige cirkel, waarin we haast geen tijd hebben om bloemen te leggen.

 

Achttien jaar… Dat klinkt voor jou misschien als veel. Het valt best mee. Maar we hebben langer gekregen dan we dachten, of… Dan je zal denken, over een paar jaar. Misschien zelfs meer dan we hoopten… Dachten te hopen. 

 

[Envelop: 2007]

Aan 26 juli 2007. Je bent nét vier jaar oud. Over een paar maanden zie je een musical in theater Heerlen. Ik ken je amper, maar ik weet nog precies waar je zat, daar links op het eerste balkon. Dit is het moment waarop je begint te dromen ooit op het toneel te staan. Vijftien jaar later sta je op dát podium… Maar niet als actrice. Ook niet als acteur, trouwens, maar als technicus. Nog een jaar later ga je voor het eerst op tour. Ik kan het niet laten om naar jouw plek te kijken als ik aan het werk ben.

Ik denk nog steeds aan je - en ik hoop dat je trots op me bent.     

 

[Envelop: 2010]

Aan 26 juli 2010. Zeven jaar oud. Als ik het me goed herinner, is dit ongeveer het moment waarop je de Bokkenrijders ontdekt. Toen zag je ze nog als helden, precies hoe jij wilde zijn. Ik durf je niet te zeggen of dat is gelukt. Ik zie mezelf niet als een held. Misschien jij wel. Ik kan het niet laten om te benoemen dat ik mezelf naar een Bokkenrijder vernoemd heb.

Ik denk nog steeds aan je - en ik hoop dat je trots op me bent.

 

[Envelop: 2016]

Aan 26 juli 2016. Dertien jaar oud. Het is rond deze tijd dat je begint te twijfelen aan wie je bent. Jij bent de eerste die mij meteen zou herkennen. Je bent ook de eerste die waarschijnlijk geen zwemkleding mee heeft. Dat is oké. Een dezer dagen benoem je je genderdysforie voor het eerst bij de huisarts. Ik zou je vragen om dan al te pleiten op een wachtlijst gezet te worden, maar je bent nog te onzeker. Ook dat is oké, we komen er wel. Maar ik kan het niet laten om te rouwen om de jaren die we zijn verloren.

Ik denk nog steeds aan je - en ik hoop dat je trots op me bent.

  

[Envelop: 2021]

Aan 26 juli 2021. Achttien jaar oud. Ik denk dat niemand van ons echt had verwacht dat we deze dag zouden halen, maar het is gelukt. Misschien baal je daar op dit moment van, maar ik kan het niet laten om elk jaar de groeiende afstand tussen ons te vieren.

Ik denk nog steeds aan je - en ik hoop dat je trots op me bent.

 

Het is 26 juli 2025. Tweeëntwintig jaar oud. Ik heb de uitnodigingen voor mijn vernaamdagsfeestje verstuurd, om te vieren dat mijn naam officieel één jaar oud is. Dionys Augustinus. Een naam die eigenlijk net zo oud is als ik. Augustinus, Stijn - dat is hoe ik zou hebben geheten, als ik als jongen was geboren. Nijs, Dionys - de naam die ik zelf koos. 

In mijn naam ligt het pad van een valse geboorte tot een ware dood, met daartussen alle levens die ik leid. Elke afslag die ik ooit heb genomen, bracht me tot waar ik nu sta;

Bij een deur, mijn tas met zwemspullen in mijn hand. Ik weet eigenlijk helemaal niet of ik wel kan zwemmen… Nog kan zwemmen, denk ik. We hebben al onze zwemdiploma’s netjes gehaald. Maar misschien ben ik het verleerd. Ik heb al jaren niet meer gezwommen.

Maar voor het eerst in jaren durf ik weer. Een paar weken geleden ben ik geopereerd aan mijn borst en langzaam maar zeker begin ik me thuis te voelen in dit lichaam, dus ik loop naar binnen.

 

Een klein meisje rent voor me uit. Ze wordt niet zo vaak uitgenodigd voor feestjes, dus ze vindt dit geweldig. Ze herkent me niet, maar ze vertrouwt me. Ze weet dat ik op haar zal passen.

Ik heb erover nagedacht, of ik haar uit moet leggen wie ik ben, maar niet alles is meer even helder. Ze zou het niet begrijpen. Ik denk eerlijk gezegd dat ik het zelf nog niet helemaal begrijp.

In die achttien jaar tussen ons heb ik geprobeerd te vluchten voor zó veel, maar niet meer voor haar. Mijn schep heb ik begraven in het graf dat voor haar was bedoeld en er liggen eindelijk bloemen bij een grafsteen met twee namen. De hare en de mijne.

Misschien is dat waarom ik haar uit heb genodigd, om te zien dat het anders kan.

  

Ik houd haar hand vast onderweg naar het zwembad. Ze weet nog niet helemaal zeker of ze het water in durft, ‘t is vrij diep, maar ze is dapper. Zó dapper. En ik ben trots op haar.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.